Alexandra werkt in olieverf op linnen en met aquarelverf op katoen of op rijstpapier. De formaten van haar werken variëren van klein tot middelgroot.
Alexandra stelt zichzelf de volgende vragen: hoe kun je vormen begrenzen? Hoe krijgt het beeld een willekeurigheid, dus zonder verfstreken met geploeter, maar met een natuurlijke beweging van de verf over doek of papier? Hoe kun je vorm en tegelijkertijd vormeloosheid in je werk krijgen? Hoe eindigt het werk aan de randen van canvas of papier?
Onderwerpen kunnen zijn: mensen, bloemen, planten en bomen, interieur en landschappen. Van Kloppenburg werkt veelal vanuit de waarneming. Haar onderwerpen zijn een vehikel om met verf tekeer te kunnen gaan. Ook bieden zij mogelijkheden tot het onderzoeken van vorm en restvorm.
Formele aspecten die meespelen zijn kleur en kleurcontrast, transparantie, dichtheid, vlekken en lijnvoering.