Juul formuleert haar zienswijze met een uitspraak van de schrijver Camus: “Men kan geen hoofdweg kennen zonder de zijwegen te verkennen.” Wat haar boeit is de weg die ieder mens moet afleggen, moet gaan. Haar inspiratiebronnen zijn divers: voorwerpen, voorvallen en herinneringen, maar ook alledaagsheid en plekken in het Groene Hart.
Daarnaast onderzoekt Juul hoe zij de mens kan verbeelden, met al zijn emoties en gevoelens. Daarbij staat met name het gelaat dan centraal; de blik, de ogen. Je kunt je als beschouwer afvragen: wat ligt daarin verborgen? En zoals de kunstenaar zichzelf de vraag stelt: Hoe ziet de ander mij? In een zoektocht naar sporen, onderlinge relaties…